De Cervantes prijs voor de Spaanstalige literatuur

De Cervantes prijs (in het Spaans: Premio de Literatura en Lengua Castellana Miguel de Cervantes) wordt beschouwd als de hoogste prijs voor de letterkunde binnen het Spaanstalige gebied en wordt sinds 1976 jaarlijks uitgereikt door het Spaanse Ministerie van Cultuur. De prijs is vernoemd naar de schrijver van het wereldberoemde 'Don Quijote de La Mancha' (Don Quichot), >>Miguel de Cervantes Saavedra (1547-1616), en is begiftigd met 125.000 euro.

De Cervantes prijs kan niet worden gesplitst, nietig verklaard of postuum worden uitgereikt. Dat is een regel, die werd vastgesteld na 1979 toen de prijs werd toegekend aan de Spaanse schrijver Gerardo Diego en de Argentijn Jorge Luis Borges en één van de redenen dat >>Pablo Neruda hem nooit ten deel is gevallen. Kandidaten voor de prijs worden voorgedragen door de plenaire vergadering van de 'Real Academia Española' (de Spaanse Koninklijke Taalacademie, de Taalacademies van andere Spaanstalige landen en de winnaars van voorgaande edities. De jury bestaat uit de directeur van de 'Real Academia Española', de directeur van de Taalacademies van andere Spaanstalige landen, die ieder jaar verandert, de winnaar van de vorige editie en zes personages met een zekere prestige uit de Spaanstalige literatuur.

De toekenning van de Cervantes prijs wordt elk jaar bekendgemaakt aan het einde van dat jaar en uitgereikt op 23 april, de overlijdensdag van Miguel de Cervantes, door de koning van Spanje en in het Auditorium van de Universiteit van >>Alcalá de Henares, de stad waar Cervantes geboren werd maar nimmer zelf studeerde. Tijdens deze ceremonie houden de koning, de Spaanse minister van Cultuur en de bekroonde auteur een voordracht over het werk van de laatste in het bijzonder en de Spaanstalige literatuur in het algemeen.

De winnaars:
1976 Jorge Guillén (1893–1984) Spanje
1977 Alejo Carpentier (1904–1980) Cuba
1978 Dámaso Alonso (1898–1990) Spanje
1979 Jorge Luis Borges (1899–1986) Argentinië en Gerardo Diego (1896–1987) Spanje
1980 Juan Carlos Onetti (1909–1994) Uruguay
1981 Octavio Paz (1914–1998) Mexico
1982 Luis Rosales (1910–1992) Spanje
1983 Rafael Alberti (1902–1999) Spanje
1984 Ernesto Sabato (1911–2011) Argentinië
1985 Gonzalo Torrente Ballester (1910–1999) Spanje
1986 Antonio Buero Vallejo (1916–2000) Spanje
1987 Carlos Fuentes (1928–2012) Mexico
1988 María Zambrano (1904–1991) Spanje
1989 Augusto Roa Bastos (1917–2005) Paraguay
1990 Adolfo Bioy Casares (1914–1999) Argentinië
1991 Francisco Ayala (1906–2009) Spanje
1992 Dulce María Loynaz (1902–1997) Cuba
1993 Miguel Delibes (1920–2010) Spanje
1994 Mario Vargas Llosa (1936) Peru
1995 Camilo José Cela (1916–2002) Spanje
1996 José García Nieto (1914–2001) Spanje
1997 Guillermo Cabrera Infante (1929–2005) Cuba
1998 José Hierro (1922–2002) Spanje
1999 Jorge Edwards (1931) Chili
2000 Francisco Umbral (1932–2007) Spanje
2001 Álvaro Mutis (1923–2013) Colombia
2002 José Jiménez Lozano (1930) Spanje
2003 Gonzalo Rojas (1917–2011) Chili
2004 Rafael Sánchez Ferlosio (1927) Spanje
2005 Sergio Pitol (1933) Mexico
2006 Antonio Gamoneda (1931) Spanje
2007 Juan Gelman (1930-2014) Argentinië
2008 Juan Marsé (1933) Spanje
2009 José Emilio Pacheco (1939-2014) Mexico
2010 Ana María Matute (1925) Spanje
2011 Nicanor Parra (1914) Chili
2012 José Manuel Caballero Bonald (1926) Spanje
2013 Elena Poniatowska (1932) Mexico