Johanna, alleen in naam koningin van Spanje

Op het moment dat het Spaanse koningspaar Isabella en Ferdinand hun tweede dochter, Johanna, uithuwelijkten was zij de derde in lijn voor de troonopvolging van hun beide koninkrijken, Castilië en Aragón. De kroonprins was haar enige broer Johan en bovendien had ze nog een oudere zuster, Isabella. Toch zou alles heel anders lopen.

Als toekomstige bruid van Filips, landsheer van de Bourgondische Nederlanden, bijgenaamd 'de Schone', zou Johanna in 1496 vanuit Spanje vergezeld worden door maar liefs 20.000 personen: kamerheren, hofdames, pages, kamervrouwen, lijfknechten, thesauriers, grootmeesteressen en ander bedienend personeel. Een vloot van 130 schepen vertrok op 30 juli van dat jaar vanuit Lareda, gelegen aan de noordkust van Spanje, met 85.000 pond aan gerookt vlees, 50.000 haringen, 1.000 kippen, 6.000 eieren en 400 vaten wijn naar Antwerpen. Daar wachtte de prinses een groots ontvangst. Op 19 oktober nam ze haar intrek in Lier, waar de volgende dag haar aanstaande uit Tirol zou arriveren. Daar was hij met zijn vader, keizer Maximiliaan I van Oostenrijk, op jacht was geweest.

Liefde op het eerste gezicht
Het schijnt dat die dag Filips aan één blik genoeg had om -tegen alle hofetiquette in- zijn verbouwereerde bruid in alle onstuimigheid te omhelzen en haar met zich mee te trekken naar de eerste de beste priester die hen 'stante pede' in het huwelijk zou verbinden, ergens midden op straat. Zonder verder op hun verbaasde gevolg te letten begaven beide jongelieden zich daarna naar het 'Hof van Aragon', wat hun toekomstige paleis zou zijn en gaven orders om hen niet te storen. Ze lieten zich verder de verdere dag niet meer zien.

Pas de volgende dag zouden zij voor alle gasten en hovelingen officieel elkaars jawoord geven, waarna ze door het volk werden toegejuicht. Het aantal toeschouwers was zo groot dat op zeker ogenblik een brug over de Nete instortte door overbelasting, waardoor vele doden en gewonden vielen. Tijdens de feesten ter ere van het huwelijk waren er grootse banketten en feesten. In totaal werd er 1200 liter wijn gedronken.

Franse betrekkingen
Een jaar later stierf kroonprins Johan op 21-jarige leeftijd, waarna ook prinses Isabella weer een jaar later in het kraambed het leven liet -de baby, Miguel, zoon ook van de koning van Portugal, overleefde deze bevalling wel maar zou twee jaar later, in 1500, ook al sterven. Zo werd Johanna tegen alle verwachting plotseling de rechtmatige troonopvolger van haar ouders.

Met deze nieuwe situatie veranderden de perspectieven voor Filips, die opeens vooruitzicht kreeg ooit heerser te zullen zijn van zowel Oostenrijk, de Nederlanden als Castilië en Aragón, De belangen van zijn dynastie gingen daarmee zwaarder wegen dan die van zijn graafschappen in de Nederlanden. Dat maakte dat er in zijn oorspronkelijk neutrale beleid een abrupte ommekeer kwam.

Omdat Johanna ook nog in datzelfde jaar -naar het schijnt in een latrine, waarna ze zelf de navelstreng doorbeet- het leven had geschonken aan een zoon, Karel, werd contact gezocht met Lodewijk XII, koning van Frankrijk, om een huwelijksakkoord te regelen met diens dochtertje Claude, met het koninkrijk Napels als bruidschat. Tevens wist hij een toenadering te bereiken tussen zijn vader, keizer Maximiliaan I van Oostenrijk, en de Franse koning. Het verdrag van Blois, waarbij beide vorsten het eens werden over het door hen betwiste hertogdom Milaan, was daar in 1504 het gevolg van. Hierin werd afgesproken dat bij overlijden van Lodewijk zonder mannelijke erfgenaam Milaan, Genua met zijn gebieden, het hertogdom Bretagne, de graafschappen Asti en Blois, het hertogdom Bourgondië, het onderkoninkrijk Auxonne, Auxerrois, Mâconnais en Bar-sur-Seine aan Filips zouden vervallen. Het akkoord was een doorn in het oog van de ouders van Johanna, ook nog gezworen vijanden van Frankrijk,

Ondertussen verloor Filips aandacht voor zijn sobere en -soms tot het fanatieke- godsvruchtige vrouw, die echter smoorverliefd op hem was. Dat wekte steeds meer Johanna's jaloezie op, ook al omdat hij relaties aanknoopte met ander vrouwen. Dit in combinatie met een toch al onevenwichtige persoonlijkheid maakten dat ze zich steeds meer in een zelfgekozen isolement terugtrok. Depressies en woede-aanvallen volgden elkaar op, waarbij ze op een keer de haren liet afknippen van een rivale en zelfs haar man publiekelijk aanviel en vervloekte. Alleen de schaarse momenten -vaak strategisch gekozen- dat Filips zijn aandacht op haar richtte leek ze weer op te leven. Toch kregen ze samen, behalve Karel, nog vijf andere kinderen.

De labiele geestesgesteldheid, waar hun dochter steeds meer openlijk blijk van gaf en de plotselinge fransgezindheid en machtswellust van haar man wekten grote zorgen bij de Spaanse koningen. Koningin Isabella had daarom al in haar testament laten bepalen dat in het geval Johanna de regeringsverantwoordelijkheid niet kon nemen Ferdinand regent zou worden totdat haar kleinzoon Karel volwassen zou zijn .Daarmee trachtte ze bij voorbaat Filips buitenspel te zetten.

Toen ze dus in 1504 stierf en Filips en Johanna twee jaar later naar Spanje reisden om aanspraak te maken op de troon van Castilië kregen ze op zee te maken met het bericht dat Ferdinand met behulp van een valselijk door Johanna ondertekend document de 'Cortes', een vergadering van edelen, geestelijken en notabelen, zover had gekregen hem tot regent van Castilië uit te roepen. Filips moest alle zeilen bijzetten om de lokale adel mee te krijgen en zo de Cortes ertoe te bewegen hun beslissing te herroepen. Zo werd Johanna op 15 juli 1506 dan toch officieel erkend als koningin van Castilië. Haar man werd daarmee koning-gemaal, onder de naam Filips I.

Dood van Filips
Lang zou hij er echter niet van die overwinning kunnen genieten. Ondertussen bleef Johanna aan haar depressies lijden. Ook haar woede-aanvallen werden heftiger en ze werd steeds onhandelbaarder. Haar man voelde zich daardoor soms zelfs gedwongen om haar op te laten sluiten, waartegen Johanna dan weer protesteerde met hongerstakingen en zelfkastijding. Ondertussen bevredigde de rol van koning-gemaal naast zijn steeds meer ontoekeningsvatbare vrouw Filips steeds minder en begon hij pogingen te doen om alle macht over te nemen in Castilië. Op de achtergrond hield Ferdinand echter ondertussen de situatie in de gaten.

Drie maanden later eindigde dit met de dood van Filips. De officiele oorzaak was het drinken van een beker koud water. Waarschijnlijker is dat hij langzaamaan in opdracht van ferdinand vergiftigd werd: hij leed enige tijd aan hoge koortsen. Toch is dat nooit bewezen. Een ontroostbare Johanna liet hem -tegen zijn wens na zijn dood naar Granada gebracht te worden- zalven en begraven in een kartuizerklooster.

Maar toen dat eenmaal zo gebeurd was veranderde de koningin plotseling van gedachten en liet het lijk opgraven en balsemen. Hoogzwanger trok ze vervolgens met een loden lijkkist over de hoogvlakte van Castilië naar Andalusië, van dorp tot dorp, in het gezelschap van geestelijken. Ze reiden vrijwel uitsluitend 's nachts, met de kist op een kar, voortgetrokken door vier Frieze paarden. Het werd iedere vrouw daarbij verboden in de buurt van de kist komen, jaloers als de koningin ondanks alles was gebleven. Alleen mannelijke hovelingen mochten er getuige van zijn hoe ze soms de kist liet openen om haar overleden echtgenoot en geliefde te aanschouwen.

In 1507 maakte Ferdinand tenslotte een einde aan deze bizarre zwerftocht door Johanna in het kasteel van Tordesillas op te laten sluiten. Daar zou ze vervolgens bijna vijftig jaar blijven. Desondanks zou Johanna, nu 'de Waanzinnige' genoemd, haar koningschap tot haar dood blijven behouden. Naast Castilië was ze koningin van Sardinië, Sicilië en Napels in Italië, een nog onbegrensd koloniaal rijk in Amerika en de Filipijnen, en vanaf 1516 -na de dood van Ferdinand- was ze ook nog koningin van het koninkrijk Aragón. Overigens samen met haar zoon, de ons bekende Karel V, die de eigenlijke macht zou hebben en als Carlos I de allereerste echte koning was van Spanje.

Het leven van de koningin zou zich in alle ellende voort blijven slepen. Lijdend aan waanvoorstellingen raakte ze na een val vanaf haar middel verlamd. Omdat ze daardoor niet meer zelfstandig haar behoefte kon doen en haar hofdames er niet altijd evenveel zin in hadden om haar daarbij te helpen werd ze regelmatig vervuild aangetroffen. Pas in 1555 zou er een einde aan deze lijdensweg komen, 76 jaar oud.

Johanna werd naast haar echtgenoot begraven in de koninklijke kapel bij de kathedraal van Granada. Ook haar ouders, Isabella en Ferdinand, liggen daar.

Afbeeldingen: (van boven naar beneden) Johanna als meisje; Filips de Schone in 1506; het koningspaar Isabella en Ferdinand tijdens hun verboden bruiloft in 1469; Johanna met de loden lijkkist (een later schilderij, van Francisco Pradillo Ortiz)